Rapa Nui (Paaseiland)
Paaseiland...Een van Jitzes dromen..
Het had niet veel gescheeld of we hadden dit prachtige eiland aan onze (inmiddels een paar keer vervelde maar bruine) neuzen voorbij laaten gaan. Niet omdat een van ons niet wilde maar omdat het
ticket zo verschrikkelijk duur zou zijn. Toen we afgelopen winter bij het reisbureau zaten reageerde de medewerkster verbaasd op het torenhoge bedrag dat wij noemden voor een ticket. Ze ging opzoek
en de prijs bleek de helft lager te liggen dan dat wij hadden gedacht! Toen was de keuze snel gemaakt en een ticket geboekt. Zo zaten we dus op Rapa Nui. Omdat alle hostels er wel schrikbarende
prijzen op na hielden hebben we in Nederland een plek op een camping geboekt. Dit was te betalen en een keer kamperen tussendoor leek ons leuk. Omdat we geen tent en slaapzakken mee konden slepen,
hebben we die erbij gehuurd.
Op het vliegveld werden we opgewacht door mensen van de camping en kregen we een bloemenslinger omgehangen! Waren we dan toch op Hawai beland?
De camping ligt direct aan de zee. Dit houdt alleen niet in dat je naar het strand kan wandelen om ´s ochtend wakker te worden met een frisse duik. De kust betsaat uit grillige zwarte rotsen waar
de golven ruw tegenaan gesmeten worden. Geen plek om wakker te worden met een slaperig hoofd dus. Maar wel ontzettend mooi om te zien. Je kunt uren zitten kijken naar de golven, de een nog hoger en
wilder dan de ander. De zee is helder blauw en de schuimende golven wit als slagroom. ´S avonds in ons knusse koepeltentje vielen we in slaap met het geluid van de woeste zee op de achtergrond.
Het nadeel aan kamperen vind ik altijd dat je ´s nachts je tent uit moet kruipen, opzoek naar slippers en een broek om naar het donkere toiletgebouw te gaan om te plassen. Als je nooit wakker wordt
om te gaan plassen zul je dit ongemak misschien niet kennen maar ik ken het dus wel, iedere nacht in elk geval een keer. Hier op Rapa Nui is het echter helemaal geen straf! Het is ´s nachts niet
koud en zodra je je tent openritst wordt je getrakteerd op een practige sterrenhemel! De lucht is gitzwart en de gigantische hoeveelheid sterren fonkelen zoals je nog nooit hebt gezien. De maan is
zo fel dat je je ogen moet samenknijpen. Na het plassen treuzelden we om de tent weer in te gaan omdat het zonde was om de prachtige lucht achter ons te laten.
Paaseiland heeft een klein centrum met restaurantjes en een paar terrasjes langs de kust. Vanaf de terrassen genoten we volop van de zee, facinerend om zoveel actie te zien in het water, heel
anders dan de kust bij Delfzijl om maar eens een willekeurig stukje kust te noemen.
Gelukkig hadden we wat het slapen betreft gekozen voor de goedkoopste optie want het eten en drinken is duur! Voor een glas wijn betaal je al gauw 5 euro, voor een biertje niet veel minder. Zels de
flessen water waren dubbel zo duur als in Chili. Toen we van de schrik bekomen waren hebben we ons erbij neergelegd en hebben maar gewoon genoten van alles wat het eiland te bieden heeft.
We hebben even gewijfeld over het doen van een georganiseerde tour om de beelden te gaan bekijken. Je kon namelijk ook een fiets, scooter, quad of auto huren en zelf op pad gaan. We hebben twee
mountainbikes gehuurd en besloten sportief te doen. Dat hebben geweten... De eerste dag hebben we geprobeerd (let wel, geprobeerd!!) een vulkaan op te fietsen om de krater te kunnen zien. Dit was
volgens de fietsverhuur de kortste maar meest pittige route. je kon het beste hiermee beginnen en ´s middags de andere route fietsen die minder zwaar was en langs verschillende beelden ligt.
Vol goede moed begonnen we aan de tocht. Maar wat natuurlijk vrij voor de hand liggend is wanneer je een vulkaan opfietst, is dat je constant omhoog gaat. Het eerste stuk was zwaar maar met de vele
versnellingen die de fiets rijk was kwamen we langzaam maar zeker vooruit. Toen het parcour echter stijler werd leken we eerder achteruit dan vooruit te fietsen. We hadden ons verschrikkelijk
vergist in het stijgen! Alle uurtjes in de spinningzaal leken voor niets te zijn geweest. Lopend met de fiets aan de hand besloten we het lopen en fietsen af te wisselen zodat het beter vol te
houden was. Maar ook het lopen was loodzwaar. Er kwam geen einde aan de weg ,die toch maar een paar kilometer lang was, maar stijl omhoog loop je geen vijf kilometer per uur. Op het moment dat ik
dacht dat we nooit boven zouden komen en overwoog om er voor het eerst de brui aan te geven, besloot ik dat dit wel wat kinderachtig was. Al was het alleen maar doordat Jitze ondanks zijn eigen
uitputting nog niet aan opgeven leek te denken. Uitgeput en druipend van het zweet bereikten we de krater. Ook hier zagen we weer dat we veel van onszelf hadden gevraagd, er stonden geen fietsen,
alleen maar auto´s. Later vertelde een van onze campingburen (een jongen uit Maleisie) dat hij ook een poging gewaagd had om de vulkaan te befietsen maar na een paar meter zijn duim op had gestoken
en een lift naar boven had gekregen.
Wie naar boven fietst mag gelukkig ook weer naar beneden, en na een tijdje van het uitzicht te hebben genoten, pakten we onze fietsen weer om aan de makkelijke tocht naar beneden te beginnen. Stijl
omhoog betekent natuurlijk ook stijl naar beneden.. Daar ontdekte ik weer eens wat een mietje ik ben.. Jitze suisde naar beneden terwijl ik vooral dacht; wat gaat dit hard!!! Het was een weg met
gaten en hobbels (geen asfalt) en ik dacht vooral aan geschaafde knietjes.. Dus uiteindelijk kwamen we met verkrampte handen van het remmen beneden. Maar al met al hadden we het toch maar mooi weer
gered!
Beneden aangekomen vonden we een uitzichtpunt over zee. Vinden is eigenlijk een groot woord aangezien er net een horde toeristen uit een bus was gestapt die daar met de gids stond.. Maar hoe dan
ook, het was het mooiste dat ik tot dan toe gezien had! We stonden hoog op de rotsen, beneden was een inham die eindigde in een grot. De golven denderden met een enorm geweld de inham in. We hebben
geprobeerd mooie foto´s te maken maar het zal niet overbrengen hoe bijzonder dit was. De zee was zo krachtig dat je je heel kwetsbaar voelt. Te dicht bij het randje van de cliffs staan was dus ook
geen optie.
Na een picknick met zelfgesmeerde broodjes vervolgden we onze tocht. Eigenlijk waren we behoorlijk uitgeput en hadden we zere billen van het zadel, raar want we hebben veel naast de fiets gelopen,
maar goed. Met weinig frisse moed stapten we op onze fietsen. Omdat ik het fietsen niet zo snel wilde staken dit keer, besloot ik mijn blik op oneindig te houdenen rustig trappen. Jitze ging voorop
en ik volgde. De weg ging uiteraard weer omhoog maar dit keer niet zo heftig. Ik zal niet beweren dat het makkelijk ging, maar ik was al blij dat ik Jitze kon bijhouden zonder direct uitgeput te
raken. Jitze was al met de minste zin begonnen, bij een kruipunt aangekomen stopten we om de kaart te bekijken, zijn gezicht straalde van tegenzin. Dit was duidelijk, deze tocht gingen wij
vanmiddag niet afronden. We hebben de fietsen gekeerd en zijn teruggefiets richting centrum. Daar hebben we nog een laatste poging gedaan om een ander stukje van de route te pakken. Dat resulteerde
in de eerste beelden (Maui)! Het lijkt misschien een cliche maar ze zijn echt mooi en het voelt vreemd maar goed om zo dicht bij ze in de buurt te zijn! We hebben een tijdje bij ze gezeten en wat
foto´s gemaakt.
Daarna hebben we onze fietstocht voor die dag gestaakt. Op een simpel ´plasticstoelen terrasje´ hebben we een empanada gegeten, gelukkig veel goedkoper dan de eerdere terrasjes, waar plastic
stoelen al niet goed voor zijn!
Daarna hebben we een gezelliger plekje opgezocht om in de namiddagse zon de dag af te sluiten met een welverdiend wijntje en biertje. Met smerige kleren en rode blote benen van al het stof, zaten
we op de witte kussens van de lounchebank. We hoopten maar dat de hoezen in de wasmachine zouden kunnen.
Op dag twee durfden we niet meer op het zadel van de fiets te gaan zitten, de zadelpijn had zijn hoogtepunt bereikt. Ook onze benen zagen het niet zitten om nog zo´n martelgang te ondergaan. Daarom
besloten we de rest van het eiland per quad te verkennen. We hadden nog nooit op zo´n ding gezeten maar Jitze durfde het wel aan. Het was even wennen met schakelen en gas geven en ik moest me aan
Jitze vastklemmen om niet achterover van de quad te vallen maar na een paar kilometer was Jitze gelukkig de baas over de quad i.p.v. andersom. Het grote voordeel, we kwamen veel sneller en
makkelijker het eiland over. Na een half uur stofhappen kwamen we bij een grote heuvel waar veel Maui´s staan. In combinatie met de zee op de achtergrond waren die van gister wat mij betreft
mooier, maar deze mochten er ook zeker wezen! Wat jammer is voor de foto´s, is dat het op dat moment net bewolkt was en een beetje begon te regenen. Toen we weer op de quad stapten om naar de
volgende beelden te gaan, brak de zon weer door. Zo hebben ze keurig op een rij voor ons geposeerd met de zon op hun hoofden.
Daar kwamen we ook onze Maleisische buurjongen weer tegen. Opnieuw had hij een poging gewaagd om met de fiets over het eiland te gaan. Maar ook deze keer stak hij samen met zijn Japanse vriend zijn
duim op en had een lift te pakken. Een Chileens gezin gooide hun fietsen achterin de bak van de gehuurde pickup en de jongens waren weer onderweg.
Ik dacht altijd dat er maar een paar Maui´s op het eiland waren maar het zijn er veel. Zo staat er ook een rijtje bij wat het mooiste strand van Rapa Nui genoemd wordt. Als we er aankomen blijkt
dat er niets teveel over dit strand wordt gezegd, dit is verreweg het mooiste strand dat we ooit gezien hebben! Omdat we het teveel gedoe vonden om ons om te kleden hebben we niet gezwommen maar
alleen al van het zien van het strand word je blij!
Na een dag trillen op een quad ben je ongeveer net zo moe als na een halve dag fietsen, dus nadat we met spijt het prachtige strand verlieten besloten we de quad wat eerder in te leveren. De wegen
waren soms zo slecht dat we bijna van de quad afhobbelden. Op de terugweg naar het dorp werd ´ie behoorlijk heet, volgens de verhuurders was dit normaal.. Jitze heeft de quad nog naar een rustig
weggetje gereden zodat ik ook nog even kon proberen hoe zo´n monster rijdt. Grappig, maar ik was wel blij dat Jitze de rest gereden had. Het sturen gaat loodzwaar en ik had te weinig kracht in m´n
armen om goede bochten te maken. Maar misschien was mijn tempo daarvoor ook te laag. Als je vijftig rijdt met zo´n ding voelt het al als tachtig dus ik heb het maar rustig aan gedaan. Jitze had de
dag daarop vreselijke spierpijn en stelde voor om een volgende keer gewoon een scooter te nemen.
Jammer genoeg zat onze tijd op Rapa Nui er alweer bijna op. Je bepaalt de duur van je verblijf natuurlijk op het moment dat je je ticket boekt. Achteraf hadden we nog wel even willen blijven, al
was ons budget dan wel wat te hard geslonken.
Onze laatste avond brachten we door op het terras met de witte kussens, ik zag geen vlekken van onze kleren van de vorige dag dus we besloten dat het wel moest kunnen. Toen we gingen zitten kwam de
goedlachse kokkin en serveerster met bolle appelwangen enthousiast naar ons toe. Ze heeft ons de hele avond bediend en voor ons gekookt. We waren de enige gasten dus we hopen dat we haar niet van
een vrije avond hebben beroofd. Helaas hebben we geen foto van haar, als je die zou zien kun je alleen maar denken aan het woord ´gezelligheid´.
De volgende dag hebben we vroeg ingepakt, we dachten dat we om negen uur moesten uitchecken, dat had onze Maleisische buurman ons verteld. We vonden het vreemd omdat we pas om half een richting
vliegveld werden gebracht maar hebben het zelf niet meer nagevraagd. Toen we alles net op tijd klaar hadden, bleek bij de uitcheckbalie een briefje te hangen waarop stond dat check out om elf uur
was. Gehaast voor niets. Maar goed we waren klaar en zijn op een terras gaan ontbijten met eieren, vruchtensap en veel groene thee.
Iedereen die die dag vertrok werd met de pick up naar het vliegveld gebracht. Bij het afscheid kregen we twee zoenen en een miniatuur Maui aan een koordje om onze nek.
Het vliegveld is verreweg het meest relaxte vliegveld dat we hebben gezien. Als je door de douane bent geweest kom je gewoon weer buiten op de kleine start- en landingsbaan waar je op een bankje of
op het gras kan zitten wachten totdat je kunt instappen. Er zijn winkeltjes met veel te dure souveniers en er staan volop asbakken. Hier wordt aan de roker gedacht ;-)
Gelukkig konden we dit keer wel weer naast elkaar zitten in het vliegtuig.
Op naar Santiago waar we een nachtje slapen en vervolgens de bus naar de kust pakken, naar La Serena. Een paar dagen relaxen en zonnen.
Reacties
Reacties
Wauw! Wauw! Wauw! Wat een gave reis! En respect dat jullie op 2 wielen die vulkaan op zijn gefietst! Dat vergeet je in ieder geval nooit meer, zeker omdat de zadelpijn jullie waarschijnlijk nog lang zal heugen!
Hoop dat jullie nog veel mooie dingen zullen zien!
Mooi man! Zeer vermakelijk om deze verhalen te lezen. Soms voelt het even alsof ik er zelf bij ben. Helaas:( Blijf genieten! Dikke kus
He laiverds,
Wat een mooie ervaringen! Super om te lezen! Ik geniet met jullie mee! Veel liefs!
Hee lieve mensen,
Geweldig wat jullie allemaal mee maken. Geniet ervan!!
Liefs.
Tja, zo'n scooter is nog niet zo'n gek idee ;-)
Reageer
Laat een reactie achter!
- {{ error }}